Groenbemestermosterd: wanneer zaaien en wanneer begraven, voor- en nadelen

Mosterd behoort tot de familie van de kruisbloemigen. Het wordt beschouwd als een van de meest populaire en veelzijdige groenbemesters. Deze cultuur heeft geen specifieke zorg nodig. Het ontwikkelt zich goed en heeft grote voordelen voor de bodem. De plant verzadigt de aarde met voedingsstoffen en maakt deze losser. Bij het gebruik van mosterd als groenbemester is het belangrijk om te weten wanneer je moet zaaien en wanneer je het gewas moet begraven. In dit geval is het de moeite waard om een aantal functies te overwegen.

Voor- en nadelen van mosterd als groenbemester

Om de kwaliteitskenmerken van de grond te verbeteren, worden verschillende soorten mosterd gebruikt - zwart, wit of Sarepta.De witte variëteit wordt als bijzonder effectief beschouwd. Het verhoogt de kiemkracht en opbrengst van gecultiveerde planten, beschermt de grond tegen uitdroging en helpt onkruid en ongedierte te verwijderen.

De effectiviteit van de plant is te danken aan zijn unieke chemische samenstelling. Uit de kweek komen de volgende stoffen vrij:

1. Desinfecterende componenten - glycosiden. Ze helpen actieve groei van onkruid en infectie van het gewas met korst of rot te voorkomen.
2. Eiwitten en mineralen. Deze stoffen dragen bij aan het herstel van zelfs de meest uitgeputte grond en zorgen ervoor dat deze zich kan aanpassen aan het planten van zaailingen.
3. Zuren. Deze stoffen beschermen de bodem en tere jonge planten tegen de negatieve effecten van ultraviolette straling.

Belangrijkste kenmerken van deze groenbemester zijn de volgende:

• verbetering van de structuur van de grond - het wordt los en neemt perfect vocht op;
• verhogen van de bodemweerstand tegen uitbarsten, wegspoelen en verplaatsing;
• geen onkruid in de buurt;
• het risico op ziekten en plagen verminderen;
• verbetering van de bestuiving van gecultiveerde planten.

Tegelijkertijd heeft mosterd enkele nadelen:

• risico op het ontwikkelen van pathologieën die kenmerkend zijn voor vertegenwoordigers van de kruisbloemige familie - deze omvatten echte meeldauw, knolvoet, roest;
• lignificatie van stengels na het begin van de bloei;
• aantrekkende vogels - ze pikken mosterdzaad en kunnen bessen en fruit beschadigen.

Voor welke gronden is mosterd geschikt als groenbemester

De plant kan worden gebruikt als meststof voor chernozem, turf of zandgrond. Mosterd houdt van neutrale grondsoorten. Het kan ook groeien met een lage zuurgraad. Tegelijkertijd wordt het niet aanbevolen om een plant in leemachtige, zure of zoute grond te planten.

Wat en wanneer kan ik daarna planten

Na mosterd kun je een groot aantal gewassen planten. Deze omvatten:

• aardappel;
• tomaten;
• peper;
• boog;
• aubergine;
• pompoen;
• knoflook;
• selderij;
• aardbei;
• aardbeien;
• spinazie;
• courgette;
• bieten;
• bonen;
• erwten.

Tegelijkertijd is het verboden om het volgende na de plant te planten:

• alle soorten kool;
• neuken;
• waterkers;
• levkoy;
• raap;
• radijs.

Voorwaarden en regels voor het planten van gewassen

Mosterd kan in verschillende seizoenen geplant worden. Afhankelijk van de timing van het planten, is de verzorging van het gewas anders.

Lente zaaien

De plant kan al in maart geplant worden. In warme gebieden mag dit zelfs eind februari. Het duurt 30-40 dagen voordat de cultuur bladverliezende massa heeft.

Voor landingsoperaties wordt het volgende aanbevolen:

1. Verwijder de bedden van oude plantenresten.
2. Behandel de bedden indien nodig met een hark of vlaksnijder. In het voorjaar is de grond behoorlijk nat, dus het planten van zaden is niet moeilijk.
3. De gemakkelijkste manier is om mosterdzaadjes over het gebied te strooien. Tegelijkertijd is het niet nodig om ze te sluiten. Bij de eerste regenval gaan ze zelf diep de grond in.

De zaaihoeveelheid per 1 hectare kan verschillen:

• bij het planten in de bedden is 400-500 gram mosterd vereist;
• bij plaatsing tussen rijen is 120-150 gram voldoende.

Als de luchttemperatuur stijgt tot +10 graden, verschijnen de eerste spruiten al in 3-4 dagen. Tegelijkertijd wordt de grond na ongeveer 1 maand bedekt met een doorlopende dekking.

Zomer planten

In de zomer is het toegestaan om mosterd te planten in het geval dat het nodig is om de site uit de vruchtwisseling te verwijderen, te herstellen en te verbeteren. Het is toegestaan om gedurende het seizoen 2 keer een plant te planten:

1. Voor het eerst moeten eind mei plantwerkzaamheden worden uitgevoerd. Na 1,5 maand kunnen de planten in de volle grond geplant worden.
2. Na 2 weken kan mosterd weer op hetzelfde bed worden geplant. Tegelijkertijd is het belangrijk om de normen voor het verbruik van zaadmateriaal in acht te nemen.

Deze bodemhersteloptie is geschikt als deze niet te veel wordt uitgeput. Om de structuur van zeer arme grond te normaliseren, is zomeraanplant van witte mosterd niet geschikt. Eén groenbemester helpt niet om uitgeputte grond snel te herstellen.

De vorming van de humuslaag duurt vele jaren. Om het te versnellen, is het de moeite waard om efficiëntere methoden te gebruiken. Om dit te doen, kun je compost of humus maken. Het is ook acceptabel om andere organische meststoffen met een krachtig effect toe te passen.

Herfst

Om de bodemvruchtbaarheid te vergroten, wordt aanbevolen om mosterd in de herfst direct na de oogst te planten. Dit geldt vooral in koele gebieden. Hierdoor heeft de cultuur de tijd om op te groeien voor de komst van zwaar koud weer. In het zuiden moet tot half november groenbemester worden geplant.

Voor landingsoperaties wordt het volgende aanbevolen:

1. Maak na het oogsten de bedden schoon van de overblijfselen van planten en onkruid.
2. Voed de grond met humus. Voor 1 vierkante meter is het de moeite waard om niet meer dan 2 emmers topdressing te gebruiken. De aarde moet worden opgegraven en losgemaakt met een hark.
3. Verspreid de zaden dik over het hele gebied van het perceel om de vorming van een continue bedekking van planten te bereiken.
4. Bij afwezigheid van neerslag en hoge droogte van de grond, giet een dunne laag aarde op de zaden - maximaal 1 centimeter. Daarna moet de grond worden bevochtigd, zodat de zaden zich niet verspreiden.

De gebeurtenissen kunnen zich dan anders ontwikkelen:

1. Met het tijdig planten van mosterd slaagt ze erin goed op te groeien. In dit geval kan de plant worden gemaaid en als mulchlaag op de bedden worden achtergelaten.
2. Als het gras een beetje is gegroeid en de kou al is gekomen, moet de mosterd in de tuin blijven.

Met het begin van de lente is het aan te raden om de grond op te graven of met een cultivator te bewerken. Overrijpe mosterd kan als complete meststof worden gebruikt.

Zorg voor groenbemester

Deze niet veeleisende plant gedijt goed in losse grond. Het groeit goed in de schaduw en in zonnige bedden. In goede omstandigheden verschijnen spruiten 3-5 dagen na het planten. Na ontkieming stopt de ontwikkeling van mosterd.

Ongeveer een maand later ligt er een dik groenbemestertapijt op de grond. Na nog eens 1 week begint de mosterd actief te bloeien. Bij droog weer heeft de plant veel water nodig. Voordat het bloeiproces begint, moet mosterd worden gemaaid en moet de grond worden opgegraven.

Wanneer gras maaien?

Om een plant in de tuin te laten groeien, is het nodig om optimale parameters voor de vochtigheid van de site te behouden. Het is noodzakelijk om de greens te maaien voor de bloei. Dit gebeurt 1 maand na het planten. Dit is belangrijk om tijdig te doen, omdat met het begin van de bloei de stelen grover worden en het blad een stijve structuur krijgt.Op dit moment neemt mosterd een grote hoeveelheid voedingsstoffen uit de bodem op en verliest het de eigenschappen van groenbemester.

Bij het kweken van mosterd in zware grond, moeten gemaaid groen direct met de grond worden uitgegraven. Om dit te doen, wordt het aanbevolen om een schop te gebruiken. In meer losse grond is het voldoende om de plant met een gewone hakselaar in de grond te planten. Bij droog weer moeten bemeste bedden systematisch worden bewaterd. Dit zal de afbraak van groen helpen versnellen.

Veelgemaakte fouten

De meest voorkomende fouten die mensen maken bij het verbouwen van groenbemester zijn:

1. Geen water geven na het planten. Het is verboden om de grond onder deze plant te laten uitdrogen. Daarom is het belangrijk om de aanplant matig, maar regelmatig water te geven.
2. Het zaaiproces na het planten verwaarlozen. Als gevolg hiervan worden ze gepikt door vogels of verspreid door de wind.
3. Mosterd planten na kool of radijs. Deze culturen worden als verwant beschouwd. Daarom is het verboden om ze in de buurt te planten of af te wisselen.
4. Te laat maaien. Groenbemester moet worden verwijderd voordat de korrels rijpen. Anders wordt de groenbemester onkruid en vult de hele tuin.
5. Te frequente of zeer zeldzame aanplant. Om een uitgesproken resultaat te bereiken, is het noodzakelijk om 400 gram mosterd per 1 weefsel uit te geven. Het is belangrijk om de korrels goed te verdelen, zodat er geen holtes ontstaan.

Mosterd wordt beschouwd als een effectieve plant die vaak wordt gebruikt als groenbemester. Om ervoor te zorgen dat de cultuur het gewenste resultaat geeft, is het vereist om zich strikt te houden aan de voorwaarden en regels van ontscheping.

Aanbevolen