Yaskolka: planten en verzorgen in het open veld, groeien uit zaden, variëteiten, voorbereiden op de winter

Tuinen en bloembedden zijn niet altijd gevuld met prachtige exotische bloemen, eenvoud, uithoudingsvermogen en pretentie trekken niet minder aan. Bijzonder opmerkelijk is de stengel, het planten en verzorgen van deze bloem ligt binnen de macht van zelfs onervaren tuiniers. De plant is geweldig voor alpenglijbanen en rotsbedden, dikke bladeren en snelgroeiende scheuten helpen de ruimte te vullen en worden een aantrekkelijk decor voor andere gewassen.

Beschrijving en kenmerken

Yaskolka behoort tot de anjerbloemen en heeft bijna 200 variëteiten, waarvan sommige eenjarig en sommige meerjarig zijn.

Algemene kenmerken van rassen:

1. De wortelstok van de struik groeit ondergronds en laat rechte stengels naar de oppervlakte komen.
2. Afhankelijk van de variëteit zijn de scheuten behaard en kaal.
3. Tijdens de bloeiperiode is het bedekt met complexe bloeiwijzen van witte bloemen met gele meeldraden.
4. Vruchten worden weergegeven door dozen in de vorm van een cilinder met ronde kleine zaden.

Kweken van zaailingen

Het kweken van zaailingen uit zaden in zaailingen wordt het vaakst gebruikt door tuinders. Hierdoor kun je winterharde planten in comfortabele omstandigheden kweken en op een vaste plek in de tuin zetten als de grond warm is en de daglichturen lang genoeg zijn.

Timing

Begin maart worden containers en geschikte grond voorbereid voor zaailingen, die je in een winkel kunt kopen of zelf kunt maken. Zaden worden geplant in maart of begin april, waarbij de nadruk ligt op de vereisten van de variëteit. Zaailingen worden in juli op een vaste plaats geplant.

Hoe te planten

Drainage wordt in een container van geschikte grootte geplaatst, die is bedekt met een normaal grondmengsel voor zaailingen. Zaden worden op de grond verspreid, een beetje besprenkeld, bedekt met folie en blootgesteld aan de zon. Comfortabele temperatuur voor het verschijnen van spruiten in het bereik van 21-23 ° C.

Irrigatie

Voordat de eerste scheuten verschijnen, worden de zaden 1 keer in 2-3 dagen bewaterd. Jaskolka verdraagt een gebrek aan vocht, maar het is niet de moeite waard om jonge scheuten bloot te stellen aan uitdroging.

Lossen

Struikwortels vragen om constante toegang tot zuurstof, de grond moet lucht goed doorlaten. Hiervoor moet de aarde periodiek worden losgemaakt. Wat het verwijderen van onkruid betreft, heeft het gras weinig effect op de groei van de struik.

Kiezen

Duikzaailingen zijn geen vereiste voor het kweken van jonge boompjes.De procedure wordt uitgevoerd als de zaailingen erg dicht zijn verschenen en er niet genoeg ruimte is voor de vrije groei van planten. Bij het bereiken van een hoogte van 5 cm worden de zaailingen verdeeld, geplant in aparte containers of een gemeenschappelijke container op een afstand van 70 mm van aangrenzende.

Verharding

Een paar weken voordat ze in de grond worden geplant, worden zaailingen voorbereid op veranderende omstandigheden. Overdag worden de planten naar buiten gebracht, waardoor de periode geleidelijk toeneemt. Het is het beste om te beginnen met een verblijf van een half uur en door te gaan totdat u de volledige daglichturen bereikt.

Landing in de volle grond

Zaailingen worden als volgt in de grond geplant:

1. Het perceel wordt 3 weken voor het planten opgegraven.
2. Bemesten.
3. Opgraven voor de landing.
4. Zaailingen worden in aparte gaten geplant.
5. De planten water geven.

Wanneer planten

De volwassen zaailingen worden begin juli in bloembedden geplant. Yaskolka-zaden kunnen direct in de volle grond worden geplant. Afhankelijk van het ras worden de planten in april of oktober geplant.

Een stoel kiezen

Basisvereisten voor kweeklocaties:

• open zonnige plaats, geen schaduw;
• waaiende wind is acceptabel;
• past goed op de top van de heuvel;
• laaggelegen gebieden zijn ongeschikt.

Bij het kiezen van een geschikte plantplaats moet u zich laten leiden door de kenmerken van het ras om omstandigheden te selecteren die dicht bij de natuur liggen.

Bodemeisen

Losse grond met een hoge doorvoer voor lucht en water is geschikt voor het jonge boompje. Volgens de morfologische samenstelling verdient het de voorkeur om de plant in zand of zandige leem te planten, in extreme gevallen leem.De grond die arm is aan micro-elementen wordt bemest met compost of humus in een hoeveelheid van 6 kg per vierkante meter. Een derde van het zand wordt toegevoegd aan de kleigrond en een deel van het veen wordt toegevoegd aan de steenachtige grond.

Plantpatroon

De afstand tussen individuele planten is minimaal 30 cm Vaste plantensoorten groeien in een omtrek van 0,7 m vanuit het midden. Een laagblijvend jonge boompje mag niet worden geplant in de buurt van hoge planten met actieve groei. In smalle bloembedden wordt de bloem in één lijn geplant op een afstand van 20 cm.Enkele struiken worden in de spleten van stenen geplaatst, tussen metselwerk.

Kies buren

Grote bolgewassen worden naast een lage struik geplant:

• tulpen;
• narcissen;
• wortelstok irissen;
• lelies.

Maar de plant wordt niet aanbevolen om samen met muscari, krokussen en bolvormige irissen te worden gekweekt.

Zorg

Yaskolka is een pretentieloze plant, gemakkelijk te verzorgen. Met de juiste landingsplaats is een belangrijke voorwaarde voor zijn mooie uiterlijk en conditie tijdig matig water geven. Bovendien kun je het land opgraven en bemesten, struiken snoeien en opnieuw planten.

Irrigatie

Ondanks zijn hoge weerstand tegen vochtgebrek, heeft de vogelmuur regelmatig water nodig. Vooral als het op steile hellingen of rotsachtige oppervlakken groeit. De hoeveelheid water is afhankelijk van de weersomstandigheden en het seizoen, omdat de struiken in het voor- en najaar minder water hoeven te geven.

Lossen en wieden

Het wortelstelsel van de struiken moet worden voorzien van een goede toevoer van lucht en vocht. De grond moet periodiek worden losgemaakt, op basis van de dichtheid en de mate van verdichting. De plant hoeft niet vaak te worden gewied, maar bloeit sneller in schone grond.

Snijden

De groei van de vogelmuur verloopt in een vrij snel tempo. Om het uiterlijk van de struiken te regelen, is het nodig om de plant te snoeien. Helemaal aan het begin van de lente, vóór het begin van het groeiseizoen, worden oude, droge en zieke scheuten verwijderd. Voor enkele planten en groepen wordt ook vormsnoei uitgevoerd. Aan het einde van de bloei worden bloemstengels afgesneden.

Voeding

Yaskolka groeit goed, zelfs zonder extra voeding. Bij het planten wordt de plant bemest met organisch materiaal. En maak tijdens het groeiseizoen, indien nodig, complexe minerale meststoffen.

Overdracht

Omdat droge scheuten in de loop der jaren worden verwijderd, verliest het jonge boompje zijn decoratieve effect. Voor heropleving moeten struiken minstens 1 keer in de 4 jaar worden herplant. Bij het planten wordt humus of compost opnieuw in de grond geïntroduceerd en wordt overvloedig water gegeven.

Voorbereiden op de winter

Yaskolka heeft een hoge mate van winterhardheid, maar het wordt aanbevolen om een schuilplaats voor te bereiden om bevriezing te voorkomen. Het is het beste om niet te warme bekledingsmaterialen te gebruiken, bijvoorbeeld lutrasil. Onder natuurlijke beschuttingen, zoals vuren takken, kunnen struiken gaan rotten. In regio's met zware sneeuwval en milde vorst is extra isolatie niet nodig.

Ziekten en plagen

Een goede immuniteit stelt het kleine meisje in staat om infectie met gevaarlijke ziekten te voorkomen. Wanneer ze worden geplant op een drassige schaduwrijke plek, kunnen scheuten worden aangetast door een schimmelinfectie. En overmatig water geven en stilstaand water leidt vaak tot wortelrot. Ongedierte vindt dit gewas niet aantrekkelijk, dus profylaxe met insecticiden is niet nodig.

Verjonging

De meeste yaskolka-variëteiten worden 5 jaar of langer op één plek gekweekt. Om een weelderige kroon te behouden, is het noodzakelijk om planten minstens 1 keer in 4 jaar te verjongen. De struiken worden in verse grond geplant, waardoor de wortelstok in kleinere delen wordt verdeeld.

Reproductie

Scallop reproduceert op verschillende manieren:

• zaden;
• de struik verdelen;
• gelaagdheid;
• de wortelstok verdelen.

Zaden

Voortplanting door zaden is natuurlijk voor de plant, en als bloemstelen en rijpe vruchten niet worden verwijderd, zal het jonge boompje groeien door zelf te zaaien. Het verzamelen van zaden voor latere aanplant is inefficiënt, omdat de plant zijn variëteitskwaliteiten kan verliezen. Het jonge boompje, gekweekt uit zaden, bloeit in het 2e jaar.

De struik verdelen

De struiken worden voornamelijk in het voorjaar in delen verdeeld. In de herfst wordt de procedure alleen in warme zuidelijke regio's uitgevoerd. De struik wordt samen gegraven met een kluit aarde, verdeeld in 2-3 delen. Elke divisie wordt op een nieuwe plaats geplant en overvloedig met water bewaterd.

Door wortelstokken in lagen te leggen of te verdelen

Rhizomen worden in het vroege voorjaar verdeeld wanneer ze kleine jonge scheuten hebben vrijgegeven. De wortel wordt in stukken gesneden, waarbij er op elk 2-3 groeipunten overblijven. Het is niet nodig om de hele struik uit te graven. Je kunt een geschikte scheut in juni afsnijden, voor of direct na de bloei, en op een nieuwe plek graven en deze afdekken met een transparante dop.

Beelden

Niet alle soorten onkruid hebben decoratieve eigenschappen, de meeste zijn onkruid en belemmeren de groei van andere gewassen aanzienlijk. In de tuinbouw worden meerdere rassen gebruikt met een meerjarige groeiperiode.

Alpine

Kenmerken van de alpenmot:

• klein onder 15cm;
• grote bloemen, elk 20 mm;
• kleine blaadjes met een zilveren glans;
• bloeit in mei;
• gevoelig voor bevriezing op de middelste breedtegraden en het noorden.

Bieberstein

Het meest voorkomende type juk heeft zijn eigen kenmerken:

• plant bereikt een hoogte van 20 cm;
• smalle bladeren bedekt met pluisjes;
• grote bloemen tot 30 mm doorsnede;
• bloei van eind april tot eind mei.

Vilt

De belangrijkste verschillen van deze soort:

• zwaar behaarde bladeren met zilverachtige bladeren;
• plant hoogte 30cm;
• groeit snel in horizontale richting;
• bloemen zijn klein, niet meer dan 10 mm;
• bloeiperiode van mei tot juni.

Wit

Kenmerken van het witte juk:

• struik hoogte 20 cm;
• voorkeur voor zandgrond;
• heeft een sterke winterhardheid.

Oeral

Een zeldzame soort staat in het Rode Boek en heeft verschillen:

• schiethoogte 8-25 cm;
• bladeren zijn groot, 8 cm lang;
• ontlede bloembladen;
• losse grasmat.

Veld

De veldscherf is anders:

• 40 cm hoog;
• lange bloei binnen 16 weken;
• sterk natuurlijk uithoudingsvermogen.

Grootbloemig

Verschillen van deze soort:

• bloemen 30mm doorsnede;
• struik hoogte 20 cm;
• bloei in juli en augustus.

Paars

Kenmerken van het paarse juk:

• bloei komt in juni;
• kleine blaadjes blijven zelfs in de winter groen;
• planthoogte 25 cm.

Sneeuwwitje

Bijzonderheden van deze soort:

• hoge decoratieve struiken zonder bloemen;
• zilveren schaduw van bladeren;
• bloei van mei tot juli.

Algemeen

Kenmerken van de gewone yaskolka:

• groei van struiken binnen 30 cm;
• wild groeien;
• stengels en bladeren zijn behaard.

Zilver

Deze soort wordt gekenmerkt door:

• rijke zilveren scheuten en bladeren;
• bloei begin juni;
• miniatuur bloemmaten.

Surky

Speciale kenmerken van het zode jonge boompje:

• hoogte binnen 8-30cm;
• bladeren 3 cm lang;
• bloei van april tot oktober.

Populaire variëteiten

Op tuinpercelen worden niet veel soorten jonge boompjes gebruikt. De voorkeur wordt gegeven aan degenen die het meest geschikt zijn voor een bepaalde landingsplaats.

Kolomlijnen

Kenmerken van de variëteit:

• hoogte 10-15cm;
• kleine ovale bladeren;
• bloei van mei tot juni;
• hoge vorstbestendigheid.

Kristal Waterval

Verscheidenheidskenmerken:

• struikgroei 20 cm;
• bloei van mei tot juli;
• bloemen zijn gerangschikt op korte stelen;
• bladeren worden in de winter bewaard.

Sneeuwtapijt

Speciale eigenschappen van deze soort:

• schiethoogte tot 20 cm;
• kleine zittend blad;
• bloei 25-30 dagen in mei-juni;
• tolerantie voor vorst en droogte.

Landschapsgebruik

De hoge decorativiteit van de yaskolka wordt veel gebruikt bij het ontwerpen van tuinpercelen en complexe landschappen. De plant wordt zowel gebruikt om felle kleuren te accentueren als als grasmat.

Alpenglijbanen

Bij het vormen van een kleurrijke alpine glijbaan, is de beste locatie voor de chump aan de onderkant van de helling. De plant ziet er goed uit aan de voet en in de vorm van een natuurlijke border.

Mixborders, gemengde bloemperken

In bloembedden met verschillende gewassen krijgt de stengel een centrale plaats, omringd door calendula of tulpen. De rand van zo'n bloembed is september. Bij mixborders wordt de plant op de voorgrond geplant.

Bloemenstroom

Flexibele scheuten en actieve groei zorgen ervoor dat het jonge boompje de vorm van stroombedden behoudt, waardoor de vrije ruimte snel wordt gevuld. De plant wikkelt zich prachtig om bomen, banken en wegplaten.

Tapijtaanplant

Yaskolka is een aantrekkelijke bodembedekker die uitstekend geschikt is voor het afdekken van onaantrekkelijke gazonplekken. De planten groeien snel en bedekken het gebied met een zilverwit tapijt.

Randen, kortingen

Yaskolka ziet er goed uit in smalle randen en smalle randen. Korte gest alte en korte scheuten dienen als dichte opvulling.

Steunmuren

De zilveren kleur van de planten harmonieert goed met de stenen en het metselwerk. Jaskolka past goed bij het ondersteunen van muren met Echium en Sisyurhynchia.

Terrastuinen

Bij het aanleggen van terrassen benadrukken jonge boompjes de structuur van de niveaus. Planten creëren het effect van een sneeuwwitte wolk en behouden het reliëf van de structuur.

Kleurencombinaties

Yaskolka ziet er aantrekkelijk uit met andere kleuren. De buurt met madeliefjes, narcissen, boshyacinten en muurpepers is het beste.

Analogen

Onder de planten die kunnen worden gebruikt als vervanging voor de aubergine, verdienen aandacht:

• valse muurpeper;
• Cooper's delosperma;
• arabis;
• Arends' steenbreek.

Het is onwaarschijnlijk dat ten minste één siergewas een weelderig bloeiende vogelmuur kan vervangen in droge gebieden met direct zonlicht.

Nuttige eigenschappen

In de volksgeneeskunde wordt jaskolka gebruikt vanwege zijn kalmerende en ontstekingsremmende eigenschappen. De bloemen van de plant dienen als basis voor afkooksels tegen beriberi, conjunctivitis, wallen, dermatitis en spijsverteringsstoornissen. Voorzichtigheid is geboden in geval van allergieën en maagzweren.

Beoordelingen

Olga: “Een jonge boom groeit op mijn terrein zonder drainage op een steile helling. De struiken overwinterden daar heel goed, maar op een meer vlakke plek werden ze nat. ”

Tatiana: “Onze zaailing zag er niet erg goed uit na de eerste overwintering, maar hij groeide terug en bloeide zeer weelderig. Zorg ervoor dat u de struiken beperkt, want we zijn niet alleen op de heuvel gegroeid, maar ook op het pad. ”

Aanbevolen